Tip: koop geen cannelloni’s, want eens je die gekookt hebt, krijg je die “nooit van z’n leven” nog deftig opgevuld. Gebruik lasagnevellen, droog of vers. Snijd eventueel tijdens het oprollen het overtollige deeg weg, het is tenslotte de bedoeling dat de mosselen en groentjes smaak geven en niet het pasteideeg.
Nodig voor 4 personen of 8 cannelloni van mosselen
1,5 kg Jumbo mosselen
1 ui
1 bussel selder
1 el witte gemalen peper (zoals Muntok)
2 el (look)boter
Scheutje water
Voor de cannelloni:
8 lasagnevellen (ik gebruikte die van Panzani Zero Residu van Pesticiden uit mijn 7 kg pakket, lees hier)
Olijfolie
1/2 courgette
1/2 gele paprika
1/2 rode paprika
1 tomaat
1 sjalot
1 teentje look, versnipperd
1 mespuntje saffraan
Sap van 1 limoen
1/4 bussel dragon, fijngesneden
Peper en zout
Voor de afwerking:
Basilicum (of bieslook)
Bereidingswijze
Mosselen:
Spoel de mosselen en snijd de ui en de selder fijn. Voeg de mosselen en de groenten, samen met de peper en boter toe aan een pot met een scheutje water erin. Kook de mosselen tot alle schelpen opengaan. Haal ze daarna uit hun schelp en laat ze afkoelen in de koelkast.
Voor de cannelloni van mosselen:
Kook de lasagnevellen beetgaar in gezouten water met voldoende olijfolie. Spoel ze in koud water en smeer in met olijfolie zodat ze niet aan elkaar kleven.
Snijd de courgette, de paprika’s, de tomaat en de sjalot in gelijke fijne brunoise (blokjes). Stoof eerst de blokjes paprika, de versnipperde look en de sjalot aan in olijfolie. Voeg dan de tomaat en de courgette toe. Breng op smaak met de saffraan en het limoensap.
Bak in een andere pan de mosselen aan in olijfolie. Voeg de groenten toe zodra de mosselen langs beide kanten gebakken zijn. Meng de fijngesneden dragon onder de mosselen en de groenten en breng op smaak met zout en peper.
Afwerking
Bedek een vierde van de cannelloni met de warme mengeling en rol op. Schik ze in het midden van het bord en giet er nog enkele lepels van de groenten en mosselen op. Werk af met wat basilicum.
Bron: recept uit het boek Mosselen van Piet Devriendt.
0 reacties