Eigenlijk zou een mens geen kookboeken meer moeten kopen. Er zijn zoveel kooksites, blogs, YouTube kanalen,… alles is te vinden op het internet. En toch. Vergeet nu meteen wat ik net geschreven heb. De Would-Be Chef is een Must-Have Boek. Voor iedereen. Zowel voor de beginnende koks als voor keukenprinsen en -prinsessen die al graag eens uitpakken voor gasten.
Sven kookt vanuit zijn buikgevoel. Eén ding is voor hem belangrijk: het moet lekker zijn. En als het makkelijk kan, waarom zou hij het dan moeilijk maken? En ja, hij gebruikt al eens ’truken van de foor’ en speelt vals met kant-en-klare ingrediënten. Maar wie doet dat niet? Ikzelf doe dat ook door bv. fonds uit een potteke te gebruiken. Of tomaten uit blik. Of diepvriesgroenten i.p.v. verse… Met andere woorden, de Sven is een man naar mijn hart!
In tegenstelling tot wat je zou kunnen denken (Sven verloor 33 kg!), is het geen dieetboek geworden. Er staan lichte, maar lekkere gerechten in, maar evengoed feestelijke en verrassende recepten waarmee je kunt doen alsof je een sterrenchef bent.
Het boek is ingedeeld in 10 hoofdstukken:
Makkelijke hapjes
Sven besteedt graag wat meer werk aan zijn aperitiefhapjes om ze als eerste mini-gerechtjes van de maaltijd te serveren. Zeg nu zelf, ga je van hapjes als ‘milkshake met gerookte paling’, ‘komkommerlolly met yoghurt en rolmops’ of nog ‘aardappelchips met sint-jakobsoester en erwtjes’ niet spontaan watertanden?
De smakelijke kindertijd
In dit hoofdstuk zet Sven gerechten uit zijn kindertijd terug op de kaart: de kroketten van zijn mémé en de witloofrolletjes van zijn mama komen aan bod. Pure nostalgie! Maar hij denkt ook aan de kindjes van vandaag en maakt kip met Cola en ketchup. Neen, neen, dit is geen tikfout! 😉 Uiteraard mochten de pannenkoeken van de grootmeester en heel goede vriend van Sven, Roger van Damme, niet in het boek ontbreken. Voor dit recept alleen al zou je dit boek moeten kopen!
Pimpen mag!
Hier vertrekt Sven van kant-en-klare producten die hij in de speciaalzaak of supermarkt vindt en die hij pimpt. Snap je het niet? Wacht! Wat denk je van ‘bonen in tomatensaus met sint-jakobsnootjes’, vitello tonato maar dan met dunne plakjes rosbief van bij de slager i.p.v. kalfsvlees of nog ‘puree met wasabi, erwtjes en gebakken zalm’. Alle gerechten zijn klaar in 10 à 15 minuten top chrono!
Lekker feestelijk
Dit is ‘Komen eten’ maar dan zonder de punten: hierin pakt Sven uit met gerechten waarmee hij zijn gasten graag uitgebreid (letterlijk!) verwent. Sven zit er niks mee in om een hele dag (of langer) in zijn keuken te staan om een menu bestaande uit acht of negen kleine gerechten samen te stellen. En ja, het mag al eens iets meer zijn: een extra fles wijn en/of een duurder ingrediënt. Wat dacht je van ‘sint-jakobsoesters met truffel en groene asperges’, ‘kreeft met single malt, tomaat en dragon’ of ‘hertenfilet met crosnes en braambessen’.
Uit de zee
In dit hoofdstuk haalt Sven zijn inspiratie van heinde en verre. Sven: ‘Vis is gezond, lekker en mager en je kunt er heerlijk mee aan de slag gaan in de keuken. Enkel je gaartijden moet je een beetje in de gaten houden, maar verse vis combineert zo lekker met heerlijke verse groenten en kruiden. En met een lekker wit of zelfs een rood wijntje. Want wat wijn betreft, ben ik ook geen puritein. Drink wat je lekker vindt: op kleur afrekenen, dat doen would-be chefs echt niet.’
Ik vind er alvast mijn gading aan visgerechten voor op Hap & Tap: ‘zeebarbeel met chorizo en toast van tomaat en mozzarella’, ‘stoemp van krab met salsa van paprika en ananas’, maar vooral de ’tartaar van tonijn met granité van limoen en appel’ spreken mij enorm aan!
Lekker licht
Sven woog op een bepaald moment 110 kg en besloot dat het ‘nu of nooit’ was om af te vallen. En dat deed hij met succes. Door enerzijds als een gek te beginnen wandelen (ideaal als je wil afvallen omdat je hartslag niet te hoog hoeft te gaan en je dus constant vetten verbrandt), liters water te drinken, maar vooral door op zijn eten te letten. De recepten die hem in zijn dieetperiode geholpen hebben om af te vallen, staan in dit hoofdstuk. En dat zonder vetten en zonder suiker, niet per se zonder smaak is, bewijzen alvast deze recepten: ‘steak op z’n Japans’, ‘mosselen met witte Martini, limoen en groene curry’ of nog het ‘gegrild volkorenbroodje met paddenstoelen’.
Reizen in je bord
Sven is een bereisd man en tafelde in culinaire tempels van New York tot Parijs, van Hanoi tot Rio de Janeiro, van Tokio tot Firenze. Uiteraard bracht hij van zijn vele heerlijke reizen veel inspiratie mee en die deelt hij hier. Het recept voor ‘sint-jakobsoester met aardbei en gelei van kippenbouillon’ bracht hij mee van een eigenzinnige driesterrenchef in Kyoto (Japan), zijn ‘gazpacho van kersen (jawel!) met king krab’ komt uit Spanje en zijn ‘dim sum van garnaal en varkensgehakt’ is een overblijfsel van een van Svens mooiste reizen ooit: twee weken door Vietnam.
Voor de carnivoor
Sven is een echte vleeseter. Hij houdt van lekker vlees en wil er dan ook graag een beetje geld aan uitgeven. Van een waterige plofkip wordt hij echt ongelukkig. Vlees van goede kwaliteit is een must, of dat nu voor zijn ‘gehaktbroodje met wortelpuree’ is of voor zijn ‘salade met gegrilde filet pur, courgettes en kerstomaatjes’ of zijn ‘hamburger van lam met blauwe kaas en zongedroogde tomaten’ Sven doet steevast een beroep op de kennis van een goede slager.
Stelen bij de echte chefs
Sven: “Echte grote chefs vinden het leuk als je geïnspireerd raakt door de topgerechten die je bij hen hebt geproefd. Ik heb het in elk geval al geprobeerd. Als ik ergens in zo’n gastronomische tempel een ideetje heb opgepikt en daarvan dan thuis mijn eigen versie maak, durf ik er wel eens een fotootje van te ‘instagrammen’ of mailen en bijna altijd zijn de chefs ronduit geflatteerd. In elk geval: tafelen bij de René Redzepi’s, bij de Ferran Adrià’s, de Sergio Hermans, de Anne-Sophie Pic’s en de Heston Blumenthals van deze wereld heeft mij telkens opnieuw mateloos geïnspireerd.” En dat zullen we geweten hebben! Uit Steirereck in Wenen bracht hij dit haalbare recept mee: ‘nobashi-garnalen met vitelotte-aardappeltjes en truffelmayonaise’. Zijn inspiratie voor zijn ‘kaviaar en king krab uit Parijs’ vond hij in het poepchique Le Pré Catalan in Bois de Boulogne (restaurant waar de jonge Peter Goossens en de jonge Piet Huysentruyt nota bene samen stage liepen!).
en last but certainly not least:
Desserts
Sven is niet zo’n zoetekauw. Hij verkiest een portie geaffineerde kazen boven een dessert. Maar toch staan er 8 desserts in het boek: 8 desserts die altijd wel in de smaak gevallen zijn bij zijn gasten en die ook niet zo moeilijk om te maken zijn. Op een uitzondering na: zijn pindadessert. Dat heeft hij gemaakt toen zijn goede vriend Roger van Damme, beroemde patissier, bij hem thuis kwam lunchen. Sven: “Tjah, als de wereldkampioen desserts op bezoek komt en je dan zelf een nagerecht moet maken, dan is dat toch wel een uitdaging. Ik heb er dan ook lang aan gewerkt. Zijn verdict? Hij heeft zijn glas volledig leeggegeten. Maar Roger is dan ook een beleefde mens. ;-)”
Svens ‘gelei van limoncello, appel en zandkoekjes’ doet mij alvast watertanden!
Alle goeie zaken bestaan uit drie, dus drie goeie redenen waarom je dit boek zou moeten kopen:
- Er is écht voor elk wat wils: van poepsimpel (wat dacht je van een gekookt kwarteleitje gemarineerd in balsamico) tot uitdagender.
- De foto’s én illustraties zijn mouthwatering.
- Geen poespas. Waarom moeilijk doen als ’t ook eenvoudig kan? Er telt maar één ding: het moet LEKKER zijn. Een fijn motto, vind ik dat!
De Would-Be Chef van Sven Ornelis is verkrijgbaar in de boekhandel en speciaalzaken en online o.a. bij Cosmox en Proxis.
192 pagina’s.
Recepten door Sven Ornelis. Fotografie door Stefanie Geerts.
Prijs: € 24,95.
ISBN 9789089315168
Uitgegeven door uitgeverij Borgerhoff-Lamberigts.
0 reacties