Light is een tiramisu nooit: mascarpone is een vette kaas, daar is geen ontsnappen aan. Komt daar nog een combinatie van eieren en suiker (en meestal alcohol) bij en ’t is helemaal om zeep voor wie op de lijn let.
Dit recept heeft als voordeel dat de mascarponecrème niet gesuikerd wordt en door de karamel in een schenkkannetje erbij te serveren, kan iedereen kiezen hoe zoet hij zijn glaasje maakt. Doe mij maar een dikke laag!
Nodig voor 4 grote glazen
125 g mascarpone
2 eieren
100 g speculaas
150 g suiker
20 cl room
80 g gezouten boter
Werkwijze
Maak eerst de karamel.
Laat in een kom of pan met antikleeflaag de suiker smelten tot deze een mooie goudkleur krijgt.
Neem de pan van het vuur en voeg langzaam de room toe. Let op voor spatten! Roer flink en zet de pan terug op het vuur. Blijf flink doorroeren.
Voeg nu ook de boter in kleine dobbelsteentjes toe en blijf roeren tot je een dikke crème bekomt.
Laat afkoelen.
Maak nu de tiramisu.
Klop de eiwitten op tot zich stijven pieken vormen en zet opzij.
Klop in een mengkom de mascarpone los samen met de eierdooiers. Gebruik hiervoor een spatel.
Meng er nu voorzichtig de eiwitsneeuw onder. Zet koel weg.
Bouw nu de glaasjes op.
Giet de helft van de afgekoelde boterkaramel in een diep bord.
Breek de speculaaskoekjes in grote stukken en dompel ze onder in de karamel.
Leg een laagje speculaas met karamel onderin elk glas.
Schenk hierop een laag tiramisucrème, terug een laag speculaas en eindig met een laag tiramisu.
Bewaar de glazen in de koelkast totdat je ze wil serveren.
Doe de rest van de vloeibare karamel in een schenkkannetje. Zo kan iedereen nog een laag(je) karamel toevoegen naar smaak.
Bron: Recept van de blog van Marcia Tack.
0 reacties