Snijd de courgette in schijfjes van 2,5 cm en bak ze in olijfolie met wat fijngesnipperde look.
Voor de garnalensaus:
Sauteer de garnaalkoppen in olijfolie en voeg de groenten, kruiden, garnalenfond, witte wijn en cognac toe.
Laat zachtjes koken gedurende 30 min en zeef door.
Breng de saus op smaak, bind met roux en mix de saus goed op.
Voor de coquilles:
Snij de coquilles in 4 en marineer met olijfolie, fleur de sel en zeste van limoen.
Voor de avocado:
Snij de avocado’s in dunne plakjes en schik die in een waaier. Kruid met peper van de molen en steek uit met een ronde vorm met dezelfde diameter als de courgette.
Voor de gepofte rode rijst:
Pof de rijst in olijfolie in een hete pan en laat uitlekken op keukenpapier en bestrooi met zout.
Voor de kruidenolie:
Verwarm de kruiden met de olie tot 50° C.
Mix alles gedurende 5 min in de blender.
Zeef door een zeefdoek of keukenpapier.
Koel terug in de koelkast.
Afwerking:
Leg op de courgette schijf 2 schijfjes coquille en daarop de avocado waaier. Brand kort af met de bunzenbrander.
Strooi er de gepofte rode rijst op.
Schep de saus in een diep bordje en leg hierin de courgette.