De temperaturen zijn al behoorlijk gezakt. ’s Ochtends en ’s avonds halen we amper nog 5 graden. Brrrrrrr! Me dislike. Maar de herfst en winter hebben natuurlijk ook hun positieve kanten: het wild doet terug zijn intrede en de winkelschappen puilen uit van de appels en peren. Tijd dus om onze oven op te warmen en het lekker (en) gezellig te maken in huis. Met dit warme appeltaartje lukt dat zeker! Me like! Het is ècht geen werk, je hebt maar heel weinig ingrediënten nodig en na 15 minuutjes in de oven, zet je het al op tafel. Alleen een beetje een vaste tekenhand kan je goed gebruiken zodat je appeltjes er niet uitzien als een aardbei, zoals het geval was in de les. Niet waar, Martine? 😉
Nodig voor 10 taartjes
700 g Jonagold 10 vierkantjes bladerdeeg van 10 x 10 cm, ontdooid 150 g marsepein 5 ml Kirsch 1 ei 60 g griessuiker 5 g kaneel 50 g boter Abrikozencoulis Ijs naar keuze: vanilleijs, amandelmelkijs, yoghurtsorbet
Bereiding
Meng de marsepein met de Kirsch. Snijd het bladerdeeg uit in de vorm van een appel. Prik het bladerdeeg in, maar blijf hierbij op 1 cm van de rand. Besmeer het bladerdeeg in het midden met het marsepein-kirschmengsel. Beleg trapsgewijs met de geschilde partjes appel. Smelt de boter en bestrijk de appelpartjes ermee. Bestrooi de appel met een mengsel van griessuiker en kaneel. Doreer de randen met losgeklopte eierdooier, aangelengd met een beetje water. Bak gedurende 15 minuten in een oven bij 200 ° C. Serveer het warme appeltaartje op een warm bord. Werk af met enkele druppels coulis en een bolletje ijs naar keuze. Bron: recept van Luc Ghesquiere, leraar aan hotelschool Spermalie in Brugge.