Dag 4 van mijn blogmarathon en ik begin onder stoom te komen. We zijn over de helft en dan kan het aftellen beginnen. Jaja, met marathons heb ik ervaring zat. Nu niet overmoedig worden, want het zwaarste moet nog komen. 😉 Na de gravad lax van gisteren serveer ik een tweede voorgerecht: Thaise krabkoekjes.
Speciaal voor de foto (waarop ik stiekem wel een beetje trots ben), prikte ik de koekjes op een spiesje dat ik op een glas liet balanceren, maar je kan de koekjes ook gerust in een kommetje op een buffet plaatsen. Zo deden Caroline en co dat ook op Carrefour New Year’s Eve: geen chichi, wel lekker eten! Wat is er belangrijker? Dat het eten warm op het bord komt of mooi, maar koud? Het eerste! Ik at de Thaise krabkoekjes van de foto koud op (als niet-fotograaf een geslaagde foto nemen, blijft een hele klus!) en die waren maar half zo lekker als de warme exemplaren die ik daarna naar binnen werkte.
Ingrediënten voor 4 personen
1 blikje king crab (ik kocht een blikje Chatka)
200 gr witte visfilet
1 stengel citroengras
Een handvol groene boontjes
Een bussel lente-uitjes
1 bussel koriander
1 el rode curry
1 el maizena
1 bussel Thaïse basilicum
1 limoen Chilisaus
Werkwijze
Haal de krab uit het blikje en laat uitlekken. Snij de visfilet in blokjes. Hak het citroengras fijn. Neem de helft van de koriander en Thaïse basilicum. Doe alles samen in de keukenrobot, met de rode curry en de maizena erbij. Blend tot je een mooie stevige massa hebt.
Snij de boontjes en lente-uitjes in ringetjes en voeg bij de pâte.
Warm een bodem plantaardige olie op in een wok. Neem met een lepel hoopjes, en frituur aan beide kanten mooi goudbruin. Serveer warm met schijfjes limoen, chilisaus en fijngehakte koriander en Thaïse basilicum.
Bron: recept van Avocado van de Duivel of Les Mi’dinettes voor Carrefour.